Kenmerken van het bedieningspaneel
1
Aan
: schakelt het apparaat in of uit. Als het apparaat uit is, gebruikt het toch nog een minimale
hoeveelheid stroom. Om de stroom helemaal te onderbreken schakelt u het apparaat uit en
haalt u de stekker uit het stopcontact.
2
Doorgaan
: hiermee geeft u de HP Printer de opdracht om door te gaan zodra het probleem
is opgelost.
3
Annuleren
: Beëindigt de huidige handeling.
4
Inktstatuslampjes
: de lichtjes branden als de inkt bijna op is en knipperen als er onderhoud
moet worden uitgevoerd aan de printcartridge.
Hoofdstuk 1
4
Kennis maken met de HP Printer
K
ennis maken
me
t d
e HP
P
rin
ter
2